Jack the Wipper.
3 plaatsers
Pagina 1 van 1
Jack the Wipper.
Mijn hyperkoele verhaal, dat stiekem ook wel een beetje saddistisch is.
Een beetje maar.
Inleiding
Het Londense East End in de zomer van 1888. Het waren duistere tijden, geen vrouw was nog veilig. Het enige wat men kon doen was een kaarsje branden, hopen dat Jack the Wipper niet meer zou toeslaan. Maar de hoop was tevergeefs, nooit is zijn ware identiteit ontrafeld, hij was de meest geduchte seriemoordenaar die zijn vrouwelijke slachtoffers verkrachtte en verminkte alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Bij elke moord werd hij gretiger, hij geraakte opgeslokt in duistere gevoelens, niemand die hem betrappen kon. Hij was gevreesd, hij had macht. Macht die hij maar al te graag gebruikte.
Ontvoering één; Mary Ann Nichols
Opgejaagd rende Mary Ann door de steegjes van East End, de achterbuurt van Londen. Het was al laat, maar het werk was nog maar net begonnen. Haar eerste afspraak was al over een paar minuten, ze mocht zeker niet te laat komen, daar konden haar klanten niet tegen. Ze moest hen tevreden houden, ze had een klein dochtertje te voeden. Een lief, klein meisje dat niets wist over haar moeder’s praktijken. Het was beter zo, ze was nog te jong om met dat soort zaken geconfronteerd te worden. Ze verdiende beter, ze verdiende een zorgeloos leven, al was dat zo goed als onmogelijk. Wanneer je in East End woonde, was je gedoemd tot een hard en arm leven. Niemand die je kon vertrouwen. Als je iets wilde bereiken, moest je ervoor vechten. Maar ook dat vechten was tevergeefs. Eens een inwoner van East End, altijd een inwoner van East End. Als vrouw was je gedoemd je lichaam te verkopen. Als vrouw was je gedoemd om oude, verlangende mannen tevreden te stellen, hen de nacht van hun leven te geven. Zo geraakten vrouwen uit East End in die tijd aan geld. Sommigen hadden geluk. Sommigen ontmoetten een oprechte man die voor hen zorgde. Een oprechte man met geld, een man met principes. Maar die waren zeldzaam, vooral in East End.
Nog een klein stukje, Mary Ann zag in de verte iemand tegen een opgelichte lantaarnpaal leunen. Haar afspraak was er al. Even bleef ze stil staan en haalde ze diep adem. Ze was het nog steeds niet gewend geraakt, het zou waarschijnlijk ook nooit wennen. Het werd ook steeds moeilijker. Haar gezondheid ging achteruit en met haar drieënveertig jaar was ze haar aantrekkelijkheid verloren. Vroeger moest ze slechts één klant bevredigen om het geld te verdienen dat ze nu pas bijeen had verzameld na vier klanten. Mannen wilden een aantrekkelijke, jonge vrouw. Wanneer ze genoegen moesten stellen met een oudere vrouw, betaalden ze ook veel minder. Het was hard, heel hard. Mary Ann moest die avond nog zeker zeven klanten doen vooraleer haar dochtertje genoeg zou hebben om de volgende dag door te kunnen komen. Zelf moest ze bedelen om eten, aangezien ze niet meer dan zeven klanten per nacht aankon. Bibberend streek Mary Ann de plooien uit haar jurk en haalde ze nog een keer diep adem. Angstig, maar beheerst wandelde ze naar haar klant. Het was een oude man wiens vrouw op sterven lag, hij kwam niet meer aan zijn trekken. Minstens drie maal per week kwam hij Mary Ann opzoeken, hij was een vaste klant. Mary Ann wist precies wat hij leuk vond en hoe ze hem zo snel mogelijk kon bevredigen. Daar ging het om, zo snel mogelijk de klanten afhandelen.
De man kreunde van plezier, Mary Ann deed het perfect, zoals altijd. Zijn ogen waren gesloten, hij liet Mary Ann doen wat ze wilde. Hij hield van verassingen, van de spanning. Een warm, zout druppeltje vulde Mary Ann’s ooghoek. Ze kon het niet lang meer houden. Haar ribben leken bijna te breken en door haar heupen schoot een helse pijn. ‘Nog even’, dacht ze bij zichzelf, ‘nog even.’ Enkele minuutjes later was het over, de pijn was weg en hijgend trok ze haar jurk weer aan. De plooien werden weer gladgestreken en glimlachend ontving ze enkele penny’s. Nog zes te gaan. Tegen de tijd dat de zon zou opkomen, zou ze helemaal uitgeput zijn. Ze had geen idee of ze nog bij haar dochtertje zou geraken. Elke dag leek het einde van haar leven dichterbij te komen, elk moment kon haar einde betekenen. Ze was al lang niet bang meer. Ze was voorbereid, voorbereid op het hiernamaals.
Vermoeid vertrok Mary Ann naar haar tweede klant voor die avond, gelukkig was het slechts tien minuutjes lopen. De doffe klanken van haar schoenen weergalmden door de donkere, stinkende steegjes waar ze doorheen moest. Ze haalde haar neus op, waarom had zij het geluk niet om een goede man te vinden? Terwijl de inwoners van West End zich zorgen maakten over de kleur van hun nieuwe zetel, wist Mary Ann niet eens of ze wel genoeg geld bij elkaar kon sprokkelen om haar dochtertje eten te kunnen geven. Als het niet zo belangrijk was, had ze al lang opgegeven. Maar ze kon het niet over haar hart krijgen haar dochtertje achter te laten. Haar kleine meisje mocht dan wel ongewenst zijn, maar toch hield ze van haar. Later, wanneer het meisje groot zou zijn, zou ze vast heel veel geld verdienen. Haar lange, blonde lokken maakten mannen nu al omkijken. Haar dochter had geluk met haar prachtige gezichtje, het zou haar waarschijnlijk heel ver kunnen brengen.
Vanuit het niets stond er ineens een rijk uitziende man voor haar. Geschrokken deinsde ze achteruit waardoor ze struikelde over haar eigen jurk en op de harde grond viel. Kreunend van de pijn wreef ze over haar rug. “Shh, niet schrikken liefje, dat is nergens voor nodig.” De zware stem leek vriendelijk, alsof hij het meende. Toch hield ze elke beweging in de gaten terwijl ze weer opstond. Argwanend keek ze hem aan en bedacht ze een manier om zo snel mogelijk weg te kunnen rennen. “Niet weggaan, ik heb een voorstel dat je wel zal bevallen”, zei de man uiteindelijk. Mary Ann hield wijselijk haar mond. Ze wist niet wat te verwachten, maar de man leek niet in staat om haar kwaad te doen, zijn ene voet was mank. Zelfs met haar slechte gezondheid zou ze sneller kunnen ontkomen dan dat hij haar zou kunnen volgen. Ze besloot zijn voorstel aan te horen en zachtjes knikte ze. “Mijn vrouw is de stad uit voor een paar daagjes, ik heb zin in een avontuurtje.” Hij grijnsde. Mary Ann knikte, voor ze echt toe zou zeggen wilde ze eerst weten hoeveel het haar zou opleveren. Als ze op het voorstel zou ingaan, liet ze immers een andere klant staan, het zou niet goed voor haar reputatie zijn en nog minder klanten zou haar dochtertje fataal worden. “Hier heb je al een deel van het geld, de andere helft krijg je straks.” Geschrokken nam Mary Ann het geld aan. Het was een briefje van tien pond, een hele week zou ze daar van kunnen leven. Een hele week zonder zorgen, het leek onmogelijk, maar toch had ze het briefje in haar hand. “Ik doe het”, zei ze vastbesloten. De man, gehuld in een lange zwartje jas, grijnsde tevreden. Hij nam Mary Ann mee naar zijn koets.
“Hier hebben we wat meer privacy…”
Een beetje maar.
Inleiding
Het Londense East End in de zomer van 1888. Het waren duistere tijden, geen vrouw was nog veilig. Het enige wat men kon doen was een kaarsje branden, hopen dat Jack the Wipper niet meer zou toeslaan. Maar de hoop was tevergeefs, nooit is zijn ware identiteit ontrafeld, hij was de meest geduchte seriemoordenaar die zijn vrouwelijke slachtoffers verkrachtte en verminkte alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Bij elke moord werd hij gretiger, hij geraakte opgeslokt in duistere gevoelens, niemand die hem betrappen kon. Hij was gevreesd, hij had macht. Macht die hij maar al te graag gebruikte.
Ontvoering één; Mary Ann Nichols
Opgejaagd rende Mary Ann door de steegjes van East End, de achterbuurt van Londen. Het was al laat, maar het werk was nog maar net begonnen. Haar eerste afspraak was al over een paar minuten, ze mocht zeker niet te laat komen, daar konden haar klanten niet tegen. Ze moest hen tevreden houden, ze had een klein dochtertje te voeden. Een lief, klein meisje dat niets wist over haar moeder’s praktijken. Het was beter zo, ze was nog te jong om met dat soort zaken geconfronteerd te worden. Ze verdiende beter, ze verdiende een zorgeloos leven, al was dat zo goed als onmogelijk. Wanneer je in East End woonde, was je gedoemd tot een hard en arm leven. Niemand die je kon vertrouwen. Als je iets wilde bereiken, moest je ervoor vechten. Maar ook dat vechten was tevergeefs. Eens een inwoner van East End, altijd een inwoner van East End. Als vrouw was je gedoemd je lichaam te verkopen. Als vrouw was je gedoemd om oude, verlangende mannen tevreden te stellen, hen de nacht van hun leven te geven. Zo geraakten vrouwen uit East End in die tijd aan geld. Sommigen hadden geluk. Sommigen ontmoetten een oprechte man die voor hen zorgde. Een oprechte man met geld, een man met principes. Maar die waren zeldzaam, vooral in East End.
Nog een klein stukje, Mary Ann zag in de verte iemand tegen een opgelichte lantaarnpaal leunen. Haar afspraak was er al. Even bleef ze stil staan en haalde ze diep adem. Ze was het nog steeds niet gewend geraakt, het zou waarschijnlijk ook nooit wennen. Het werd ook steeds moeilijker. Haar gezondheid ging achteruit en met haar drieënveertig jaar was ze haar aantrekkelijkheid verloren. Vroeger moest ze slechts één klant bevredigen om het geld te verdienen dat ze nu pas bijeen had verzameld na vier klanten. Mannen wilden een aantrekkelijke, jonge vrouw. Wanneer ze genoegen moesten stellen met een oudere vrouw, betaalden ze ook veel minder. Het was hard, heel hard. Mary Ann moest die avond nog zeker zeven klanten doen vooraleer haar dochtertje genoeg zou hebben om de volgende dag door te kunnen komen. Zelf moest ze bedelen om eten, aangezien ze niet meer dan zeven klanten per nacht aankon. Bibberend streek Mary Ann de plooien uit haar jurk en haalde ze nog een keer diep adem. Angstig, maar beheerst wandelde ze naar haar klant. Het was een oude man wiens vrouw op sterven lag, hij kwam niet meer aan zijn trekken. Minstens drie maal per week kwam hij Mary Ann opzoeken, hij was een vaste klant. Mary Ann wist precies wat hij leuk vond en hoe ze hem zo snel mogelijk kon bevredigen. Daar ging het om, zo snel mogelijk de klanten afhandelen.
De man kreunde van plezier, Mary Ann deed het perfect, zoals altijd. Zijn ogen waren gesloten, hij liet Mary Ann doen wat ze wilde. Hij hield van verassingen, van de spanning. Een warm, zout druppeltje vulde Mary Ann’s ooghoek. Ze kon het niet lang meer houden. Haar ribben leken bijna te breken en door haar heupen schoot een helse pijn. ‘Nog even’, dacht ze bij zichzelf, ‘nog even.’ Enkele minuutjes later was het over, de pijn was weg en hijgend trok ze haar jurk weer aan. De plooien werden weer gladgestreken en glimlachend ontving ze enkele penny’s. Nog zes te gaan. Tegen de tijd dat de zon zou opkomen, zou ze helemaal uitgeput zijn. Ze had geen idee of ze nog bij haar dochtertje zou geraken. Elke dag leek het einde van haar leven dichterbij te komen, elk moment kon haar einde betekenen. Ze was al lang niet bang meer. Ze was voorbereid, voorbereid op het hiernamaals.
Vermoeid vertrok Mary Ann naar haar tweede klant voor die avond, gelukkig was het slechts tien minuutjes lopen. De doffe klanken van haar schoenen weergalmden door de donkere, stinkende steegjes waar ze doorheen moest. Ze haalde haar neus op, waarom had zij het geluk niet om een goede man te vinden? Terwijl de inwoners van West End zich zorgen maakten over de kleur van hun nieuwe zetel, wist Mary Ann niet eens of ze wel genoeg geld bij elkaar kon sprokkelen om haar dochtertje eten te kunnen geven. Als het niet zo belangrijk was, had ze al lang opgegeven. Maar ze kon het niet over haar hart krijgen haar dochtertje achter te laten. Haar kleine meisje mocht dan wel ongewenst zijn, maar toch hield ze van haar. Later, wanneer het meisje groot zou zijn, zou ze vast heel veel geld verdienen. Haar lange, blonde lokken maakten mannen nu al omkijken. Haar dochter had geluk met haar prachtige gezichtje, het zou haar waarschijnlijk heel ver kunnen brengen.
Vanuit het niets stond er ineens een rijk uitziende man voor haar. Geschrokken deinsde ze achteruit waardoor ze struikelde over haar eigen jurk en op de harde grond viel. Kreunend van de pijn wreef ze over haar rug. “Shh, niet schrikken liefje, dat is nergens voor nodig.” De zware stem leek vriendelijk, alsof hij het meende. Toch hield ze elke beweging in de gaten terwijl ze weer opstond. Argwanend keek ze hem aan en bedacht ze een manier om zo snel mogelijk weg te kunnen rennen. “Niet weggaan, ik heb een voorstel dat je wel zal bevallen”, zei de man uiteindelijk. Mary Ann hield wijselijk haar mond. Ze wist niet wat te verwachten, maar de man leek niet in staat om haar kwaad te doen, zijn ene voet was mank. Zelfs met haar slechte gezondheid zou ze sneller kunnen ontkomen dan dat hij haar zou kunnen volgen. Ze besloot zijn voorstel aan te horen en zachtjes knikte ze. “Mijn vrouw is de stad uit voor een paar daagjes, ik heb zin in een avontuurtje.” Hij grijnsde. Mary Ann knikte, voor ze echt toe zou zeggen wilde ze eerst weten hoeveel het haar zou opleveren. Als ze op het voorstel zou ingaan, liet ze immers een andere klant staan, het zou niet goed voor haar reputatie zijn en nog minder klanten zou haar dochtertje fataal worden. “Hier heb je al een deel van het geld, de andere helft krijg je straks.” Geschrokken nam Mary Ann het geld aan. Het was een briefje van tien pond, een hele week zou ze daar van kunnen leven. Een hele week zonder zorgen, het leek onmogelijk, maar toch had ze het briefje in haar hand. “Ik doe het”, zei ze vastbesloten. De man, gehuld in een lange zwartje jas, grijnsde tevreden. Hij nam Mary Ann mee naar zijn koets.
“Hier hebben we wat meer privacy…”
Pagina 1 van 1
Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
|
|